Beeldbank Boxtel
 → 
 →  [Identificatie 01030]
 

 
 

 
 

 

Uitgebreid zoeken

Identificatie : hkb01030
 
Titel : Zwembad
Plaats/dorp : Boxtel
Geogr. Aanduiding : Molenpad
Datering : 1912-1933
Omschrijving : Bad- en zweminrichting aan de Molenpad. De eerste Boxtelse badinrichting - een op olievaten drijvende installatie op de grote wiel bij de stuw in de Dommel - is in 1902 geliquideerd. Dr. P.M. Hoek was er voorzitter van en deze nam in 1912 het initiatief tot de bouw van een nieuwe bad- en
zweminrichting op zijn weiland aan de Molenpad, daar waar nu het waterschapsgebouw staat. Het zwembad was ontworpen door de gemeente-opzichter H.J. Dekkers. De inrichting bestond uit een zwembassin, vier badkamers met kuipbaden en vierentwintig kleedkamers. Op 15 augustus 1933 nam
de beherende vereniging een nieuw openluchtbad in gebruik in het Leijsenven.

nog meer zwembad:Nu we toch al drie weken "te water hebben gezeten", o.a. badend en varend over de Ossenpad, Raaphof en Molenpad, gaan we tot besluit nog even een fris bad nemen. In Oud-Boxtel is dat mogelijk, ongeacht de temperatuur. - (De geachte lezers begrijpen de figuurlijke zin toch wel?) Het zwembad aan de Molenpad heeft wel niet zo'n grote oppervlakte als een natuurbad, doch het voldoet vanwege de helderheid van het water en de verversingsmethode aan hoge hygiënische eisen.
Jammer dat zo'n pracht zwemgelegenheid nu tot de sprookjes moet gerekend worden. Daarom lijkt het ons treffend het Oud-Boxtel verhaaltje in sprookjesachtige stijl aan te vangen ..... . Er was eens...... een zwembad waarvoor het probleem verversing van het water niet bestond. De ontwerper ervan, gemeente-opzichter H. J. Dekkers, benutte het heldere, snelstromende zuivere water van de Dommel door de bouw van een sluisje vóór de stuw aan de Molenpad. Het Dommelwater stroomde door de langs het zwembad gelegde leiding, uit welke leiding het water door een aantal uitlaten in het bassin uitmondde. Bij de ingang van het bassin was een uitlaat gemaakt waardoor het minder zuivere water kon geloosd worden achter de stuw. Het zwembad had, de 4 badkuipen en 24 kleedkamertjes meegerekend, een oppervlakte van 600 m2 . Over het ontstaan - en verlies - van deze hierbij afgebeelde ideale bad- en zweminrichting het volgende: Na de liquidatie in 1902 van de Boxtelse Badinrichting - een op olievaten drijvende installatie in de Dommel beneden de stuw - was Boxtel badloos. Een voor de zwemmers minder prettige toestand, die tien jaar duurde. In 1912 werd, mede op initiatief van dokter P. Hoek - die voorzitter was geweest van de geliquideerde badinrichting - besloten een nieuwe bad- en zweminrichting tot stand te brengen. De vereniging, die hiervoor werd opgericht met een aandelenkapitaal van 1020 gulden, verdeeld in aandelen van 10 gulden, en 400 gulden gemeentesubsidie, werd genoemd Boxtelsche Bad- en Zweminrichting. In het bestuur werden gekozen de heren dokter P. Hoek, voorzitter, H. J. Dekkers, secretaris-penningmeester, W. Ribben, dokter Wösten en A. de Haas, leden. Zoals hiervoor medegedeeld, ontwierp de gemeente-opzichter H. Dekkers het plan. De inrichting werd aangelegd op het weideland langs de Molenpad, ter plaatse waar thans het grasgazon ligt van het waterschapsgebouw. Door zuinig beheer was het mogelijk de bad- en zweminrichting jarenlang met succes te exploiteren. Jammer genoeg werd de opkomende en steeds toenemende vervuiling van de Dommel oorzaak dat de exploitatie bezwaarlijk begon te worden. Het bestuur achtte zich dan ook genoodzaakt een oplossing te zoeken, en vond die door een gedeelte van het Leijsenven als bad- en zweminrichting te gaan exploiteren met medewerking van het gemeentebestuur. Op 15 augustus 1933 werd deze in gebruik genomen.
Naar Oud Boxtel in beeld Brabants Centrum 1958
 
Maker/uitgever : Onbekend  
Brabants Centrum categorie :
Collectie : Gemeente Boxtel
Locatie fotograaf : --
 

Vorige object   Volgende object

Heeft u aanvullende informatie over bovenstaande foto?
Wij vernemen dat zeer graag van u via het  

Uitgebreid zoeken
 

Laatste wijziging: 03 december 2024